Berekening van de transitievergoeding

 |   |  Share: 

Sinds vorig jaar bent u verplicht om uw werknemer een vergoeding te betalen, als u een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd niet verlengt of als u een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd beëindigt. U bent deze zogeheten transitievergoeding verschuldigd, als uw werknemer twee jaar of langer bij u in dienst is geweest. 

De transitievergoeding wordt als volgt berekend:

  • De werknemer heeft recht op een derde deel van zijn maandsalaris per dienstjaar, als de werknemer korter dan tien jaar bij u dienst is geweest.
  • De werknemer, die tien jaar of langer bij u in dienst is geweest, heeft daarbovenop nog eens recht op een half maandsalaris per dienstjaar (berekend vanaf het tiende dienstjaar).

Voor werknemers, die ouder zijn dan vijftig jaar, geldt tot 1 januari 2020 een overgangsregeling. Deze werknemers hebben namelijk, als zij langer dan tien jaar bij u dienst zijn geweest, recht op een transitievergoeding ter hoogte van een maandsalaris per dienstjaar na hun vijftigste levensjaar. De overgangsregeling geldt echter niet voor werkgevers, die vijfentwintig werknemers of minder in dienst hebben.

U hoeft uw werknemer overigens geen transitievergoeding te betalen, als uw werknemer zelf opzegt, als de arbeidsovereenkomst eindigt door het bereiken van de AOW- of pensioengerechtigde leeftijd of als uw werknemer zich ernstig verwijtbaar heeft gedragen (te denken valt aan een ontslag op staande voet).



Heeft u naar aanleiding van dit artikel een vraag? Stel direct een vraag online...